De nieuwe wet op geldautomaten baart experts zorgen: “We gaan in de richting van een meer gecontroleerde economie, maar niet van een eerlijkere”.

gecontroleerde

Vanaf 28 juni 2025 moeten geldautomaten voldoen aan de nieuwe wet 11/2023, die het verplicht maakt om vóór het invoeren van de pincode gedetailleerde informatie weer te geven over elke geldopname. Deze wijziging, die een reactie is op de omzetting van een Europese richtlijn, wordt voorgesteld als een verdere stap tegen ondoorzichtige praktijken. Deskundigen waarschuwen echter voor de juridische en sociale risico’s van deze maatregel, in een context waarin contant geld terrein verliest aan digitale betaalmiddelen.

Volgens Ángel Sánchez, advocaat en partner bij Golden Partners, een advocatenkantoor gespecialiseerd in vastgoed en financieel recht, “legt deze wijziging de gebruiker de verplichting op om, voordat hij de pincode intoetst, duidelijke en gedetailleerde informatie te ontvangen over de transactie: het exacte bedrag, de commissies, de verantwoordelijke entiteit en de toepasselijke voorwaarden”. Tot nu toe werd deze informatie “niet altijd vooraf of volledig weergegeven”.

Dit is een maatregel die is afgeleid van het Europese regelgevingskader voor betalingsdiensten. Het doel ervan, legt Sánchez uit, is om “ondoorzichtige praktijken te voorkomen, zoals het opleggen van niet-geïnformeerde vergoedingen of onduidelijkheid over de entiteit die de dienst levert”. Het nieuwe systeem “versterkt het principe van banktransparantie en beschermt het recht van de financiële consument om een geïnformeerde keuze te maken”.

Praktisch gezien zal de verandering de dagelijkse ervaring van gebruikers veranderen. “Vanuit operationeel oogpunt zal het proces van het opnemen van contant geld iets langer duren, omdat er een informatiestap wordt toegevoegd”, legt Sánchez uit. Hij benadrukt echter dat “het niet meer complexiteit betekent, maar eerder een optimalisatie van de informatiestroom”.

De verplichting om deze verordening te implementeren ligt bij “betalingsdienstaanbieders, d.w.z. banken of ATM-operators”, zoals Servired, 4B of Euro 6000. Bij niet-naleving kunnen “administratieve sancties worden opgelegd, variërend van financiële boetes tot het opleggen van corrigerende maatregelen”.

De maatregel heeft ook een positief neveneffect voor bepaalde gebruikers: “Deze verandering heeft een positief effect op niet-bancaire gebruikers, toeristen of klanten die werken met digitale financiële instellingen”, omdat zij meestal geldautomaten van derden gebruiken, waar “het risico op onverwachte kosten groter is”.

Niet alle effecten van de verordening zijn echter wenselijk. “Deze verordening maakt ongetwijfeld deel uit van een bredere – hoewel niet altijd verklaarde – strategie om het gebruik van contant geld geleidelijk terug te dringen ten gunste van elektronische betalingen,” waarschuwt Sánchez.

En daar ligt nu net het grootste knelpunt. “Wat zeker is, is dat het helpt om een volledig digitale bankervaring te normaliseren, zelfs voor degenen die dat niet willen of zich dat niet kunnen veroorloven.

Het grootste risico ligt in de uitholling van het recht op financiële anonimiteit, het toenemende toezicht op consumentengewoonten en de mogelijke uitsluiting van kwetsbare groepen.

Volgens hem “schuilt het grootste juridische en sociale risico in de uitholling van het recht op financiële anonimiteit, de toenemende controle op consumentengewoonten en de mogelijke uitsluiting van kwetsbare groepen zoals ouderen, mensen met digitale handicaps of inwoners van plattelandsgebieden zonder toegang tot aangepaste bankdiensten”.

In deze context herinnert hij eraan dat “toegang tot contant geld een recht is, geen concessie”, en dat “elke structurele transformatie van het betalingssysteem garanties moet bevatten voor eerlijkheid, toegankelijkheid en keuzevrijheid”. Anders, waarschuwt hij, “gaan we in de richting van een meer gecontroleerde economie, maar niet noodzakelijkerwijs een eerlijkere”.

Toegankelijke geldautomaten

Naast de nieuwe informatievoorwaarden introduceert Wet 11/2023 ook maatregelen om de toegankelijkheid van geldautomaten vanaf 28 juni te verbeteren. Door het inbouwen van schermen met een hoger contrast, beter leesbare lettertypen, verhoogde toetsenborden en audiosystemen die compatibel zijn met gehoorapparaten, is het de bedoeling dat ze gemakkelijker te gebruiken zijn voor mensen met visuele, auditieve of cognitieve beperkingen.

Nieuwe geldautomaten moeten deze veranderingen onmiddellijk doorvoeren, terwijl de reeds geïnstalleerde geldautomaten tot 29 juni 2030 de tijd hebben om zich aan te passen.

Wat echter ongewijzigd blijft, is de limiet voor geldopnames, die “afhankelijk is van elke bank”. De verplichting om de Belastingdienst op de hoogte te stellen van elke transactie van meer dan 3.000 euro, zoals nu het geval is, blijft gehandhaafd.